Begroeting
Als geloven voor jou soms twijfelen betekent,
als achter jouw glimlach wel eens ontgoocheling schuilgaat,
als je soms zin krijgt om er de brui aan te geven…
dan dekt de Heer voor jou deze tafel.
Van harte welkom in de naam van + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.
Openingswoord 1
Jezus is dood en begraven.
Vervolgens – op wat losse flodders over verschijningen na –
gebeurt er niets meer.
De Jezuskring valt uiteen
en iedereen neemt zijn oude leven weer op.
Zo ook die twee op weg naar Emmaüs.
Ze keren terug naar hun geboortedorp.
Maar onderweg krijgen ze gezelschap van een vreemdeling
die ze ’s avonds uitnodigen om bij hen te blijven eten en te overnachten.
En dan, aan tafel, worden de rollen omgekeerd.
De vreemdeling wordt gastheer:
Híj zegent het brood, Híj breekt het en deelt het uit.
Ook wij zijn het soms moe.
Ook voor ons is de Heer vaak een vreemdeling.
We brengen het lang niet altijd op om, zoals Petrus in de eerste lezing,
in woord en daad te getuigen van de Verrezen Heer.
Vandaag wil de Heer voor ons
de Schriften verklaren en het Brood breken.
Maar, in onze vermoeidheid – onze moedeloosheid misschien -,
vergeten wij wel eens te zeggen: “Kom en blijf bij ons”.
En dan geraakt God zijn Boodschap aan ons niet kwijt…
Openingswoord 2
Goede mensen die door tegenstanders worden veroordeeld en terechtgesteld
of koudweg vermoord,
zoiets maakt ons kwaad en opstandig
of we zijn er op zijn minst diep door teleurgesteld.
Kan het goede dan niet de bovenhand halen?
Twee leerlingen op weg naar Emmaüs hebben het ook over die vraag.
En dan komt Iemand met hen meelopen.
Voor hun teleurgestelde ogen
breekt Hij de oude geloofsverhalen opnieuw open.
Hij deelt met hen de maaltijd, herinnering aan de momenten
waarop zij samen als vrienden aan tafel hebben gezeten.
En dan herkennen zij Hem aan het breken van het brood.
De Emmaüsgangers zijn van alle tijden.
God breekt dagelijks voor ons het Brood,
maar wij moeten Hem willen herkennen.
Vergevingsmoment 1
Hoe dikwijls is de verrezen Heer
mee opgestapt met teleurgestelde mensen?
Aangekomen aan hun huis, bleef Hij even staan…
Niet uitgenodigd is Hij voortgegaan
in ’t schemerdonker van de avond,
verdwenen uit het oog,
en uit het hart.
Want ook vandaag gaat Jezus,
– net als met die twee van Emmaüs –
op stap met teleurgestelde mensen,
als een vreemde die enkel vraagt:
‘Wat is er aan de hand?’
Op ons verhaal legt Hij dan het zijne.
We luisteren geboeid, geraakt misschien,
en gaan met Hem tot aan de voordeur van ons hart,
en laten Hem daar aarzelend staan…
“Kom, en blijf bij ons”, kan er niet meer af.
En Christus mag weer verdergaan
in ’t schemerdonker van de nacht,
verdwenen uit het oog,
en uit het hart. Manu Verhulst
Moge de Heer ons die laksheid vergeven.
Moge Hij in ’t schemerdonker van ons hart,
steeds opnieuw met ons meegaan,
en ons eraan herinneren
dat Hij met ons slechts dán aan tafel kan gaan,
als wij tot Hem zeggen: “Kom en blijf bij ons”. Amen.
Vergevingsmoment 2
-God, de leerlingen van Emmaüs
openden hun hart voor het Woord van de Schrift.
Vergeef ons als wij ontgoocheld zijn
en twijfelen aan uw aanwezigheid in onze Kerk en onze wereld.
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
-Christus, de leerlingen van Emmaüs
waren gastvrij en herkenden U
bij het breken van het brood.
Vergeef ons als we U niet herkennen in medemensen,
in mensen die het brood delen met elkaar.
Christus, ontferm U over ons.
Christus, ontferm U over ons.
-God, de leerlingen van Emmaüs stonden direct op
om het nieuws in Jeruzalem te gaan vertellen.
Vergeef ons als we niet durven spreken
over onze hoop en ons geloof in uw liefde
en in de verrijzenis van uw Zoon Jezus.
Heer, ontferm U over ons.
Heer, ontferm U over ons.
God, vergeef ons onze kleinmoedigheid
en laat ons echte paasmensen worden,
waarachtige getuigen van uw Blijde Boodschap en uw verrijzenis. Amen.
vrij naar federatie Kana
Lofprijzing
Met God willen wij samen zijn,
in zijn dienst willen wij leven,
zijn Woord willen wij spreken,
zijn wil vervullen,
zijn naam aanroepen.
Allen zullen erkennen, God,
dat Gij voor ons vrede zijt,
recht doet en vreugde brengt,
zorgt en heelt, omdat in U alle heil is.
De aarde geeft haar grondstoffen,
mensen produceren goederen,
maar uw zegen, God,
begeleidt onze handen.
Allen moeten het horen, God,
en beseffen dat Gij zorg draagt voor de mens. Amen.
Openingsgebed 1
God en Vader,
wek ons uit onze vermoeidheid.
Laat het Woord van Jezus klinken in ons midden
en bewerk in ons het wonder van de opstanding.
Vernieuw ons,
doe ons opleven
door Hem en voor Hem,
vandaag en morgen en alle dagen die ons gegeven worden. Amen.
Openingsgebed 2
God, Gij die ons zegent en behoedt overal waar wij gaan,
ontsluit ook voor ons de Schriften.
Doe ons hart branden van liefde voor Jezus, uw Zoon,
die voor ons is: de Reisgenoot én Weg ten leven
voor tijd en eeuwigheid. Amen.
vrij naar Kerk in Herent
Lezingen
‘De Schrift herlezen’, zo zouden we
de woorddienst van deze zondag kunnen samenvatten.
In de eerste lezing baseert Petrus zich op een psalmtekst
om zijn geloof in Jezus’ opstanding te verwoorden.
In de tweede lezing werpen beelden
uit het exodusverhaal en uit de profeten
een nieuw licht op de zin van Jezus’ lijden.
En in het evangelie verklaart Jezus zelf de Schriften
aan de leerlingen van Emmaüs.
Kerk in Herent
Eerste lezing (Hand., 2, 14. 22-28)
Uit de Handelingen van de Apostelen
14 Op de dag van Pinksteren trad Petrus met de elf naar voren,
verhief zijn stem en sprak hen als volgt toe:
`Joden, inwoners van Jeruzalem, dit moet u allen weten,
luister aandachtig naar mijn woorden!
22 Jezus de Nazoreeër is u van Godswege aangewezen
door machtige daden, wonderen en tekenen,
die God door Hem in uw midden heeft verricht, zoals u zelf weet.
23 Volgens Gods vastgestelde plan en met zijn voorkennis
is Hij uitgeleverd en hebt u Hem door de hand van wetteloze mensen
aan het kruis geslagen en omgebracht.
24 Maar God heeft Hem laten opstaan
door een eind te maken aan de weeën van de dood,
want het was onmogelijk dat Hij door de dood werd vastgehouden.
25 David zegt immers over Hem:
Steeds hield ik mij de Heer voor ogen,
want Hij staat mij terzijde opdat ik niet zou wankelen.
26 Daarom verheugde zich mijn hart en jubelde mijn tong,
ja, ook mijn lichaam zal op die verwachting een huis bouwen,
27 want U zult mijn leven niet overlaten aan het dodenrijk
en U zult uw heilige geen bederf laten zien.
28 U hebt mij wegen ten leven gewezen
en U zult mij overstelpen met vreugde in uw nabijheid.
KBS Willibrord 1995
Tweede lezing (1 Petr., 1, 17-21)
Uit de eerste brief van de heilige apostel Petrus
Dierbaren,
17 Degene die u als Vader aanroept,
is ook de onpartijdige rechter over al onze daden;
heb daarom ontzag voor Hem,
zolang u hier in ballingschap leeft.
18 U weet dat u niet door vergankelijke dingen, zoals goud en zilver,
bent verlost uit het zinloze bestaan
dat u van uw vaderen hebt geërfd.
19 U bent verlost door het kostbaar bloed van Christus,
het lam zonder vlek of gebrek,
20 dat uitverkoren was vóór de grondlegging van de wereld,
maar pas op het einde van de tijden is verschenen,
omwille van u.
21 Door Hem gelooft u in God,
die Hem uit de doden heeft opgewekt
en Hem de heerlijkheid gegeven heeft;
daarom is uw geloof in God tevens hoop op God.
KBS Willibrord 1995
Evangelie (Lc., 24, 13-35)
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas
13 Twee van de leerlingen waren op weg naar het dorp Emmaüs,
dat zestig stadiën van Jeruzalem ligt.
14 Ze spraken met elkaar over alles wat voorgevallen was.
15 Terwijl ze met elkaar in discussie waren,
voegde Jezus zelf zich bij hen en liep met hen mee.
16 Maar hun ogen waren niet bij machte Hem te herkennen.
17 Hij sprak tot hen:
`Waarover lopen jullie zo druk met elkaar te praten?’
Met sombere gezichten bleven ze staan.
18 Een van hen, die Kleopas heette, gaf Hem ten antwoord:
`Bent U dan de enige inwoner van Jeruzalem
die niet weet wat daar de afgelopen dagen is gebeurd?’
19 `Wat dan?’ vroeg Hij.
Ze zeiden Hem:
`Wat er gebeurd is met Jezus van Nazareth.
Hij was een profeet,
machtig in woord en daad in de ogen van God
en van heel het volk.
20 Onze hogepriesters en leiders hebben Hem overgeleverd
om Hem ter dood te laten veroordelen,
en ze hebben Hem zelfs gekruisigd.
21 En wij hadden zo gehoopt dat Hij het was
die Israël zou verlossen,
maar inmiddels is het al de derde dag sinds dat gebeurd is.
22 Wel hebben enkele vrouwen uit onze kring ons versteld doen staan.
Die waren vanmorgen vroeg naar het graf gegaan
23 en toen ze zijn lichaam daar niet aantroffen,
kwamen ze terug met het verhaal
dat ze ook nog een verschijning hadden gehad van engelen
die zeiden dat Hij leeft.
24 Een paar van ons zijn toen naar het graf gegaan
en het bleek zo te zijn als de vrouwen gezegd hadden,
maar Hem hebben ze niet gezien.’
25 Toen zei Hij tot hen:
`Wat zijn jullie toch onverstandig en traag van begrip
als het gaat om het geloof in alles wat de profeten hebben gezegd!
26 Moest de Messias niet zo lijden en dan zijn heerlijkheid binnengaan?’
27 En Hij legde hun uit
wat in heel de Schrift op Hemzelf betrekking had,
te beginnen bij Mozes en alle Profeten.
28 Toen ze bij het dorp kwamen waar ze moesten zijn,
deed Hij alsof Hij verder wilde gaan.
29 Maar met aandrang vroegen ze:
`Blijf bij ons, want het is bijna avond
en de dag loopt al ten einde.’
Toen ging Hij mee naar binnen om bij hen te blijven.
30 Eenmaal met hen aan tafel nam Hij het brood,
sprak de zegen uit, brak het en gaf het hun.
31 Nu gingen hun de ogen open en ze herkenden Hem,
maar meteen was Hij uit hun gezicht verdwenen.
32 Ze zeiden tegen elkaar:
`Was het niet hartverwarmend zoals Hij onderweg met ons sprak
en de Schriften voor ons opende?’
33 Meteen stonden ze van tafel op en gingen terug naar Jeruzalem;
daar vonden ze de elf en hun metgezellen bijeen.
34 Die zeiden:
`Waarachtig, de Heer is opgewekt, aan Simon is Hij verschenen.’
35 Toen vertelden zij wat er onderweg was gebeurd
en hoe ze Hem hadden herkend bij het breken van het brood.
KBS Willibrord 1995
Geloofsbelijdenis
De Emmaüsgangers erkenden in Jezus hun Heer en God.
Laten wij samen ook ons geloof uitspreken.
Ik geloof in God,
Schepper van hemel en aarde.
Ik geloof ook dat God zijn schepping
aan ons, mensen, heeft toevertrouwd
opdat wij zijn werk zouden voortzetten
en deze aarde voor alle mensen
bewoonbaar zouden maken.
Ik geloof in Jezus Christus,
de Verlosser van de wereld.
Ik geloof dat wij uitgenodigd worden
om mee te werken aan de bevrijding van de mens,
aan de opbouw van een betere wereld,
door ons in te zetten
voor meer levenskansen voor iedereen
en om Christus’ werk verder te zetten.
Ik geloof in de Heilige Geest
die de mensen tot eenheid wil brengen
in één grote gemeenschap.
Ik geloof ook dat ik persoonlijk word aangesproken
om aan deze gemeenschap mee te werken,
samen met alle mensen van goede wil. Amen.
Voorbeden 1
Jezus gaat met ons de weg van Jeruzalem naar Emmaüs,
en van Emmaüs naar Jeruzalem.
Wij mogen verkondigen dat Hij verrezen is.
-We hopen en bidden dat christenen zo met elkaar samenleven
dat de verrezen Heer herkenbaar wordt in wat ze zeggen en in wat ze doen.
Laten wij bidden…
-We hopen en bidden dat allen die ontgoocheld zijn en het willen opgeven, begrijpende medemensen mogen ontmoeten
die met hen op weg gaan en naar hen luisteren,
zoals Jezus zijn Emmaüsvrienden tegemoet trad en hun nieuwe levensmoed gaf.
Laten wij bidden…
-We hopen en bidden dat onze Kerk bescheiden mag zijn,
op zoek naar sporen van God in deze tijd.
Dat zij een Kerk mag zijn die open staat naar volkeren
die een andere godsdienst belijden,
een Kerk die gelooft in de universele werking van de Geest.
Laten wij bidden…
Voorbeden 2
-Bidden wij voor allen die verantwoordelijkheid dragen in de Kerk.
Dat zij mensen begeleiden in het geloof en het vertrouwen
in de werking van Gods Geest
en ons de vele tekenen van Gods aanwezigheid in onze tijd helpen zien.
Laten wij bidden…
-Bidden wij voor allen die in onze kerkgemeenschap
als catechist of leerkracht
kinderen en volwassenen begeleiden in het begrijpen van de Schriften
en voor hen die in Jezus’ naam, voorgaan in het gebed
en in het breken van het Brood.
Dat zij met vreugde getuigen
van het geloof en de hoop die in hen leeft.
Laten wij bidden…
-Bidden wij ook voor onszelf en voor alle christenen.
Dat we ons hart zouden openen voor Jezus,
die ons wil ontmoeten in zijn Woord
en in het breken van het Brood.
Dat wij Hem ook zouden herkennen
in zovele medemensen op onze levensweg.
Laten wij bidden…
naar federatie Kana
Gebed over de gaven 1
Heer, onze God,
aan het breken van het brood hebben de leerlingen U herkend.
Laat ook ons, in dit samen vieren met brood en beker, herkennen
dat Gij altijd onder ons aanwezig zijt. Amen.
Gebed over de gaven 2
God, onze Heer,
neem deze gaven aan
en wees onze Gastheer
die in Woord en in Brood en Beker
in ons midden wil aanwezig zijn.
Vervul ons van uw Geest, uw Levensadem,
opdat wij U zouden uitdragen en uitdelen
aan allen die in deze wereld onderweg zijn. Amen.
Tafelgebed
Wij danken U, heilige en sterke God.
Gij draagt de wereld in uw hand
en Gij waakt over alle mensen.
Gij brengt ons bijeen in deze gemeenschap
om uw Woord te horen
en met toegewijd geloof
te treden in het spoor van uw Zoon.
Hij is de Weg die leidt naar U,
Hij is de Waarheid,
geen andere waarheid maakt ons vrij.
Hij is het Leven dat ons van vreugde vervult.
Wij danken U voor de liefde
die Gij ons toedraagt in Jezus Christus.
Wij voegen onze stem bij het gezang der engelen
en prijzen uw heerlijkheid.
Heilig, heilig, heilig de Heer,
de God der hemelse machten.
Vol zijn hemel en aarde van uw heerlijkheid.
Hosanna in de hoge.
Gezegend Hij die komt in de naam des Heren.
Hosanna in de hoge.
Hemelse Vader,
met eerbied noemen wij uw naam.
Altijd zijt Gij met ons op weg
en dichter dan wij durven dromen,
zijt Gij bij ons
wanneer uw Zoon ons samenbrengt
rond deze tafel
waar wij uw liefde vieren met brood en beker.
Zoals eens op de weg naar Emmaüs
ontsluit Hij nu voor ons de Schrift
en wij herkennen Hem
bij het breken van het Brood.
Daarom bidden wij, barmhartige God:
beadem met uw Geest dit brood en deze wijn,
zodat Jezus Christus in ons midden komt
met de gaven van zijn lichaam en zijn bloed.
Want op de avond voor zijn lijden
nam Hij onder de maaltijd brood
en sprak tot U het dankgebed.
Hij brak het brood en gaf het aan zijn leerlingen
terwijl Hij zei:
“Neem en eet hiervan, gij allen,
want dit is mijn Lichaam
dat voor u gegeven wordt.”
Zo nam Hij ook de beker met wijn
en sprak opnieuw het dankgebed.
Hij gaf hem aan zijn leerlingen en sprak:
“Neem deze beker en drink hier allen uit
want dit is de beker van het nieuwe,
altijddurende Verbond;
dit is mijn Bloed
dat voor u en alle mensen wordt vergoten
tot vergeving van zonden.
Blijf dit doen om Mij te gedenken.”
Verkondigen wij het mysterie van ons geloof:
Heer Jezus, wij verkondigen uw dood
en wij belijden tot Gij wederkeert,
dat Gij verrezen zijt.
Oneindig goede Vader,
wij vieren de gedachtenis van onze verzoening
en wij verkondigen de liefde die Gij ons betoont.
Uw Zoon is door het lijden en de dood gegaan,
en, tot nieuw leven opgewekt,
is Hij ingetreden in uw heerlijkheid.
Zie met genegenheid neer op dit offer
en herken erin uw eigen Zoon
die zijn leven heeft gegeven
en zijn bloed vergoten
opdat voor alle zoekers
de weg naar U, Vader, geopend en begaanbaar zij.
Barmhartige God,
laat de Geest van Jezus in ons wonen
en vervul ons met uw liefde.
Sterk ons door de gaven
van zijn Lichaam en zijn Bloed
en maak nieuwe mensen van ons
opdat wij op Jezus zouden lijken.
Bescherm onze paus en onze bisschop,
leer alle gelovigen van uw Kerk
de tekenen van deze tijd verstaan
en maak hen trouw in de beleving van uw evangelie.
Maak ons herbergzaam van hart
voor alle mensen rondom ons;
dat wij, delend in hun vragen en hun pijn,
in hun vreugden en hun hoop,
hen de weg tonen die naar uw liefde leidt.
Erbarm U, Vader,
over onze broeders en zusters
die in de vrede van Christus
naar U zijn teruggekeerd,
en over alle gestorvenen
waarvan Gij alleen het geloof hebt gekend.
Breng hen tot het licht van de verrijzenis.
En als ook onze weg ten einde loopt,
neem ons dan op in uw huis,
waar plaats is voor velen.
Schenk ons de vervulling
van onze levenslange hoop:
overvloedig leven in uw heerlijkheid.
Laat ons toe in de gemeenschap van de heiligen;
dat wij met Maria, de Maagd en Moeder Gods,
met uw apostelen en martelaren,
en al de anderen die U genegen zijn,
dankbaar uw naam aanbidden
en U prijzen door Jezus Christus, onze Heer.
Door Hem en met Hem en in Hem
zal uw naam geprezen zijn,
Heer, onze God, barmhartige Vader,
in de eenheid van de Heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.
Onze Vader
Vader God, Gij houdt van ons en van alle mensen.
Wij mogen uw kinderen zijn en ‘Vader’ tot U zeggen.
Daarom willen wij nu samen tot U bidden:
Onze Vader …
Eeuwige God,
Gij kent ons geloof en onze twijfels,
onze goede wil en ons falen.
Richt ons op, voorgoed, en keer ons tot leven.
Dan zullen wij hoopvol kunnen uitzien
naar de komst van Jezus Messias, uw Zoon.
Want van U is het Koninkrijk …
Vredeswens 1
Jezus heeft zijn leerlingen,
die teleurgesteld en angstig waren,
meermaals vrede toegewenst.
Hij heeft de twee leerlingen
die moedeloos op weg waren naar Emmaüs,
weer hoopvol en blij gemaakt.
Daarom bidden wij:
Heer Jezus,
schenk ook ons het vaste geloof
dat Gij verrezen zijt
en dat Gij ons nabij zijt.
Maak ons blijmoedig en sterk.
Moge er een diepe en duurzame vrede in ons hart komen en blijven,
zodat ook wij met enthousiasme van U kunnen getuigen.
De vrede van de Heer zij altijd met u.
En geven wij ook elkaar een hartelijk teken van vrede.
naar Kerk in Herent
Vredeswens 2
Bemoedig ons met uw Woord, Heer.
Blijf tot ons spreken in de dagen die komen.
Wees ons nabij met uw genade
opdat wij rechte wegen gaan,
wegen van gerechtigheid en vrede.
De vrede van de Heer zij altijd met U.
En geven wij elkaar een hartelijk teken van die vrede.
Lam Gods
Communie
Toen de Emmaüsgangers Hem vroegen om bij hen te blijven
ging Hij met hen mee naar binnen.
Terwijl Hij met hen aanlag
nam Hij brood, sprak de zegen uit,
brak het en reikte het hun toe.
Nu gingen hun ogen open en zij herkenden Hem.
Dit is het Lam Gods…
Bezinning 1
Emmaüs
Ze waren (nochtans) met zijn tweeën,
maar ze voelden zich alleen.
Ze hadden een shock meegemaakt,
hun dromen en verwachtingen,
scherven die ze niet konden lijmen.
Ze stapten in het duister,
geslagen, depressief,
opgesloten in hun innerlijke wereld:
een hoofd vol vragen
en een hart vol droefheid,
ontgoocheling, woede.
Toen voegde een Derde
zich bij hen,
Hij luisterde.
Zij stortten hun hart uit.
Er was contact,
Ze vroegen Hem om nabijheid.
Zij boden Hem hun huis aan en zichzelf.
Hij liet hen niet in de steek,
Hij raakte hun hoofd en hun hart,
de kern van hun wezen.
Ze kregen het er warm van.
Vuur,
dynamisme,
doorstraalde hen.
Ze gaven het verder,
ze zagen weer perspectief.
Ze werden weer heel.
Ontelbare keren
in het leven
ga je van Jeruzalem
naar Emmaüs en
hopelijk gaat Hij
telkens
in mensen
met je mee.
Mia Verbanck
Bezinning 2
Hij heeft niets gezegd,
heeft alleen geluisterd, urenlang tot hun verhaal ten einde was.
Alles mochten ze aan Hem kwijt:
hun opgekropte verdriet,
hun ontgoocheling,
hun gekwetst vertrouwen.
Hun ontreddering was groot,
waardoor ze Jezus niet herkenden.
Maar ze voelden wel aan dat ze aan “die Vreemdeling”
hun leven konden vertellen.
Hij heeft geluisterd naar hun verhaal…
Zo luistert Hij naar elk verhaal,
naar het verhaal van jou en mij.
Thomasvieringen
Slotgebed 1
Telkens als je het brood van het leven breekt
en deelgenoot wordt van de zorgen en de pijn van anderen,
zul je Mij herkennen – zegt God –
net zoals de leerlingen van Emmaüs mijn Zoon herkenden.
Wanneer je luistert naar het verhaal van kleine mensen,
zul je op het spoor komen van mijn verhaal.
Je hart zal warm worden omdat je ervaart dat Ik van je hou
en je zal warmte uitstralen omdat je in mijn naam liefhebt.
Die warmte wens Ik je graag toe – zegt God.
Moge die warmte in je binnenste een vuurwerk van tederheid ontsteken. Amen.
Erwin Roosen
Slotgebed 2
God, liefdevolle Vader,
blijf bij ons als het avond wordt,
als twijfel ons onzeker maakt
en gevoelens van onmacht ons verlammen.
Wijs ons dan op Jezus, uw Zoon,
die nooit mensen in de steek liet,
maar hen optrok uit hun miserie en kleine kanten.
Na hun verraad heeft Hij hen niet vervloekt,
aar is hen terug tegemoet getreden
om hen een hart onder de riem te steken.
om ook ons kleinmoedig geloof nabij met uw oneindig geduld
en uw warme liefde,
vandaag en alle dagen. Amen.
Zending en zegen
De twee keerden onmiddellijk naar Jeruzalem terug
en vertelden aan de elf wat er onderweg was gebeurd
en hoe Hij door hen herkend werd aan het breken van het brood.
Op weg naar huis kunnen ook wij het hopelijk niet laten
elkaar aan te stoten en te vertellen
dat ons hart brandde toen Hij hier tot ons sprak
en hoe wij Hem herkenden in het breken van het Brood.
Zijn zegen moge ons vergezellen:
in de naam van + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.