Maria Wittevrongel
Zondag 26 Januari
“ Keer u om en kom tot inkeer “. Het is het begin van Jezus optreden en verkondiging. Om de ware betekenis van deze woorden te begrijpen moeten we voor ogen houden tot wie Jezus zich richt.
Hij richt zich tot allen die de macht hebben om beslissingen te nemen, zowel in het profane als in het religieuze leven. Tot alle vertegenwoordigers van het hoogste gerechtshof die onderling in verdeeldheid leven. Tot hen allen zegt Jezus op radicale toon dat nu de tijd van bekering is aangebroken: “ Keer u om en kom tot inkeer! ” En vandaag zijn deze woorden ook tot ons gericht. Slag om slinger en onbezonnen oordelen en veroordelen wij vaak mensen. De rivaliteit en de strijd die mensen onder elkaar voeren om de beste, de eerste, en de mooiste te zijn is een oneerlijk spel. En vaak onbewust trappen we erin mee.
Voor Jezus en Zijn boodschap is dat niet ok. Hij ontmasker dat oneerlijk spel. En hij laat horen dat het bij God en de hemel niet door de beugel kan. En dat nu de tijd van ommekeer is aangebroken. Er zijn meer van dit soort uitspraken in het evangelie die een radicale toon aangeven. Jezus heeft blijkbaar een heel andere logica. Wilt hij dan zeggen dat ik met de mensen die mij kwaad doen een gezellige koffiepauze moet organiseren? Ik denk het niet. Er moet geen theater opgevoerd worden. Dit is geen evangelievraag!
Zich omkeren en tot inkeer komen is de stijl van Jezus. Het begint met in het eigen hart te kijken die de waarheid niet zwicht maar onder ogen ziet. Om in het eigen hart te kijken en de waarheid onder ogen te zien moeten de stemmen van buitenaf tot zwijgen worden gebracht. Om ons te richten naar binnen en te luisteren. Het brengt me bij de woorden van onze Vlaamse dichteres Alice Nahon: Het is goed in het eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan of ik van dagerraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan. Of ik geen ogen heb doen schreien. Geen weemoed op een wezen lei.
Zo staan we naar elkaar toegekeerd. Ieder mens is mijn medemens. Niet meer en niet minder. Niet hoger en niet lager. En als er toch zoveel in het honderd loopt dan is dat omdat ikzelf en de ander - niet in ons hart en ook niet met ons verstand - beseffen dat alle mensen uiteindelijk allemaal ongeveer hetzelfde willen. We willen geliefd zijn en liefde geven. Die diepe kern waarmee wij elkaar tegemoet treden kan nog altijd dieper, verfijnt en vermenselijkt worden. Terzelfdertijd laten deze woorden ook onze kleinheid ook zo scherp zien. Het is soms en alleen zo spijtig, dat die mooie kern van het mensenhart soms zo moeilijk , soms zo lastig te bereiken is. Er is zoveel dat ons tegenhoudt. Er is zoveel dat ons belemmerd. Er is zoveel verborgen eigenbelang dat belet vrede in ons hart te vinden en vrede rondom ons te brengen.
Vandaag nodigt Jezus ons uit Hem te volgen. Het is gewoon en evident dat ieder mens mijn evenmens is . Niet hoger en niet lager niet meer en niet min. En als er dan toch zoveel in honderd loopt dan is dat omdat die andere nog niet beseft, binnen in zijn hart dat ik zijn evenmens ben. En daarom vallen wij zo gemakkelijk in misdoen, falen, neerkijken op iemand, opkijken naar iemand. Elkeen van ons heeft met God vandoen. En omdat die waarheid zo lastig is, kunnen mensen zich permitteren elkaar niet te accepteren. Dat wat in de diepte van ons hart gebeurt. Dat is misschien het allermooiste. En dat doet mij besluiten dat dit Gods verlangen is. God is mijn reisgezel tot in de eeuwigheid.
Maria Wittevrongel