23ste Zondag door het jaar

Auteur: Anton-Marie Milh
Datum: 05-09-2021
Liturgische tijd: Door het jaar
Liturgische jaar: B
Jaar: 2020-2021

Beste zusters en broeders,

Onlangs reisde ik met de trein van Nederland naar België. Toen ik net geïnstalleerd was in de coupé begon een man aan de overkant van het gangpad wild gebaren naar me te maken en allerlei klanken uit te stoten. Hij kwam op me af, meende dat hij door luider te schreeuwen voor mij verstaanbaarder zou worden, probeerde iets te schrijven of te tekenen, merkte dat ook dat geen zoden aan de dijk zette, en overhandigde me uiteindelijk zijn telefoon. Was ik even opgelucht toen ik aan de andere kant van de lijn plots een Nederlandse stem hoorde: “Meneer? U spreekt Nederlands? Godzijdank! U heeft te maken met een van onze werknemers die zonet vanuit Bulgarije is aangekomen op Schiphol, en zal worden tewerkgesteld op een bouwwerf in Antwerpen. Hij spreekt enkel zijn eigen Bulgaarse dialect en lijkt de weg helemaal kwijt te zijn.” Ook ik moest naar Antwerpen, dus met vele gebaren en woorden die – hoop ik – geruststellend overkwamen maakte ik de man diets dat ik hem zou helpen op zijn bestemming te raken.

De hele gebeurtenis zette mij aan het denken. Je zou denken dat in onze hedendaagse maatschappij iedereen wel op een of andere manier in contact kan treden met een ander: met enkele woorden Engels, Frans of Duits, via een vertaalfunctie op je smartphone, door gebaren of tekens. Deze man was echter geheel hulpeloos. Aan hem dacht ik terug toen ik het Evangelie van deze zondag las, over Jezus’ genezing van de doofstomme. Vandaag zijn er allerlei manieren om doofstommen te integreren, maar in Jezus’ tijd was dat geenszins prioritair. Een doofstomme was gedoemd om wat er gebeurde grotendeels onbegrijpend en onbegrijpbaar aan zich voorbij te laten gaan. Geïsoleerd, angstig, opgesloten in zichzelf. Zo kunnen we ons de geestesgesteldheid inbeelden van de man die tot bij Jezus werd gebracht.

De wijze waarop Jezus de doofstomme geneest is om meerdere redenen bijzonder te noemen. Vooreerst neemt hij hem apart. Jezus laat zich niet vinden in de extatische of zelfs hysterische mensenmassa. Jezus laat zich als persoon ontmoeten in een zekere afstand van het gewoel, in de rust, in een moment van inkeer. Een hedendaags theoloog schreef dat we niet onze armen moeten verheffen (“Tien om te zien, waar zijn die handjes?!”), maar wel ons hart, en hiermee drukte hij voor mij treffend de geest uit van de katholieke liturgie.

Naast de persoonlijke, private ontmoeting tussen de doofstomme en Jezus ligt de tweede bijzonderheid van deze Evangeliepassage in het fysieke contact. Jezus neemt wat speeksel en bestrijkt hiermee oren en tong van de lijdende. Hoe anders dan sommige andere genezingen, waarbij Jezus vanop afstand een zieke geneest. Men denke bijvoorbeeld aan de knecht van de honderdman, die wordt genezen dankzij een ontroerende geloofsbelijdenis van zijn meester, zonder dat Jezus ook maar bij de zieke in de buurt is geweest. Door het bestrijken met speeksel lijkt Jezus de nadruk te leggen op zijn eigen menselijkheid. Ja, Hij heeft de goddelijke macht om genezing te brengen. Maar Hij gebruikt deze niet als een onzichtbare bliksemschicht. De genezing gebeurt via een concrete, lichamelijke geste. Gods menswording en Gods menszijn zijn er voor het heil en genezing van ons, mensen.

Een derde bijzonderheid betreft het woord dat Jezus spreekt: Ephata, “Ga open!” Opnieuw kunnen we hierbij denken aan de genezing van de knecht van de honderdman, die tot Jezus zegt “dat een enkel woord van Hem voldoende is om zijn knecht te genezen.” Hier spreekt Jezus inderdaad dat ene woord: Ephata. Ga open, oren. Ga open, mond. Een woord van genezing, heil en bevrijding. Een woord dat iemand weer opricht, een woord dat hem toestaat zijn weg te hervatten. Een woord dat hem uit zijn eenzaamheid en afgeslotenheid haalt, een woord dat hem weer integreert in de mensengemeenschap. Een woord als een licht voor wie verdwaald is.

Beste broeders en zusters, dat ene Christuswoord, Ephata, dienen wij te verkondigen aan onze medemensen. Ephata, ga open, laat me je helpen de fysieke, geestelijke, sociale… ketenen af te leggen die je gevangen houden. Ephata, ga open, geen vervreemding of vreemdheid meer. Ephata, ga open, om als een vrije mens de ontmoeting met Jezus aan te gaan. Maar dat ene Christuswoord, Ephata, wordt ook telkens weer tot ons – hier verzameld – gesproken. Ephata, ga open, bekeer u zonder ophouden. Ephata, stel je hart open om mij hier, in de heilige Eucharistie, te ontvangen. Amen.

 

Preek van de week

Inschrijving

Indien u iedere week een voorstel van preektekst van een dominicaan of een lekendominicaan wilt ontvangen, vragen wij u om uw inschrijving te bevestigen door te klikken op de link. Wij danken u bij voorbaat voor uw interesse in ons initiatief.

Onze preken

  • Paaszondag

    Paaszondag

    Pasen is hét hoogfeest van het christendom. Jezus van Nazareth is niet in de dood gebleven. Hij is opgewekt ten Read More
  • Paaswake

    Paaswake

    Deze avond is een avond waarop je staat voor een grote keuze. Op het moment dat we overgaan van dood Read More
  • Witte Donderdag

    Witte Donderdag

    De lezingen van vandaag plaatsen ons samenzijn in een continuïteit van bijzondere orde. Drie verhalen en vertrouwde gebaren ballen verleden Read More
  • 1
  • 2