4de zondag veertigdagentijd - Laetare

Auteur: Bernard de Cock
Datum: 10-03-2024
Liturgische tijd: Vastentijd
Liturgische jaar: B
Jaar: 2023-2024
Lezingen: 2 Kr 36, 14-16.19-23 | Ef 2, 4-10 | Joh 3, 14-21

 

Jullie weten allemaal wat ‘zappen’ is. Het is een manier van televisiekijken waarbij je vanuit de luie zetel vaak van kanaal wisselt, met de bedoeling iets te vinden dat jou kan boeien. Het gebeurt niet zelden dat je midden in een interview of een gesprek belandt: je weet wel niet meteen waar dat gesprek over gaat, maar wát er gezegd wordt, trekt jouw aandacht, en je blijft luisteren – zonder direct verder te zappen. Welnu, ook in het evangelie van vandaag vallen we zomaar binnen in een nachtelijk gesprek tussen Jezus en Nikodemus, op een moment dat hun conversatie al een eind aan de gang is. Nikodemus is een hoge joods-religieuze autoriteit. ’s Nachts gaat hij Jezus opzoeken, en wil op een eerlijke manier te weten komen waar die begeesterende man uit Nazareth voor staat, wat hij gelooft, waar hij van leeft. In het fragment dat de liturgie ons vandaag serveert, staat één zin die dat hele geloof van Jezus én van de evangelist Johannes én van ons, prachtig samenvat: “Zozeer heeft God de wereld liefgehad dat Hij zijn enig geboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben”.

Het gaat hier dus om een gesprek over geloven, en wat dit inhoudt. Ik zeg wel ‘geloven’ en niet ‘geloof’. Soms is statistiek interessant, zelfs als het gaat over evangelieteksten. Zo hebben specialisten vastgesteld dat het werkwoord ‘geloven’ in het Johannesevangelie 97 keer gebruikt wordt, terwijl het zelfstandig naamwoord ‘geloof’ er geen enkele keer in voorkomt. Blijkbaar is geloven voor Jezus op de eerste plaats iets dat gedaan wordt en pas daarna iets dat kan omgezet worden in een leer en in leerstellingen of dogma’s. Geloven is leven naar het voorbeeld van de gelovige Jezus die zijn God en zijn medemensen tot het uiterste toe heeft liefgehad, met als gruwelijke consequentie zijn executie aan het kruis. In die volgehouden trouw van Jezus komt als het ware de betekenis van Gods grenzeloze liefde aan het licht. God vraagt aan elk van ons Jezus’ trouw zelf ook te beleven door hem na te volgen. Waarom toch hebben wij ons christen-zijn en ons geloven zo ingewikkeld gemaakt? Is geloven niet eenvoudigweg zoals ik het ooit mooi heb horen formuleren: “Geloven veronderstelt luisteren naar de blijde boodschap van Jezus om er nadien mee in te stemmen”. En dat ermee instemmen betekent dagelijks: niet mezelf maar de ander laten voorgaan, de ander in het centrum plaatsen. Mezelf aan de ander geven. In alles de menselijke waardigheid vooropplaatsen. Dat daarbij ook een kruis op onze weg kan komen, is onontkoombaar. Neen, we moeten het lijden niet opzoeken. Dat is hoogst ongezond. Maar het zal er zijn, overal waar mensen het opnemen voor mensen. In elk geval, als het geloven niet in daden blijkt, is het een leugen. Dat staat te lezen op verschillende plaatsen in het Nieuwe Testament. Zo eenvoudig als het geloven is om te verstaan, zo moeilijk is het om het te doen.

Ons antwoord op Jezus’ roeping om hem al dan niet na te volgen zal bepalen of wij zullen gered dan wel geoordeeld worden, zo gaat de tekst verder. Johannes gebruikt hier zijn geliefkoosd beeldenpaar van licht en duisternis. We moeten daar voorzichtig mee omspringen en ons niet laten verleiden tot een triomfalistisch eigen gelijk van de christen, alsof niet-christenen in duisternis zouden leven en christenen in het licht. Niets is minder waar. We moeten maar kijken naar de zware problemen waar wij als Kerk mee te kampen hebben, intern en extern. Alleen nederigheid is hier op zijn plaats. Licht en duisternis gaan echter over hoe elk van ons handelt. Licht staat voor degenen die de waarheid doen, en de waarheid is de liefde, de levensweg van Jezus die hét Licht der wereld wordt genoemd. Duisternis daarentegen staat voor degenen die slecht handelen. En dan nog…mensen kunnen zich bekeren.

Ik zou willen eindigen met nog even stil te staan bij het mooie beeld van het licht. Ik doe dat met een stukje uit het bekende ‘Lied aan het licht’ van de dichter Huub Oosterhuis: “Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen of ergens al de wereld daagt, waar mensen waardig leven mogen en elk zijn naam in vrede draagt”. Als ik Jezus probeer na te volgen met goede daden, mag ik mij een kind van het licht weten. Maar er is meer. Het licht zelf kan het kind in mij worden, een innerlijk licht dat uit mijn ogen kijkt. Het licht overdekt mij zozeer, wordt zó in mij opgenomen als warmte, dat mijn huid en mijn ogen zelf lichtdragers worden en op hun beurt licht laten schijnen op wat om mij heen gebeurt. En waar moet mijn innerlijke licht dan vooral op letten? Of de naaste omgeving, of de wereld reeds de plaatsen zijn waar de dageraad aanbreekt en de duisternis verdwijnt, waar mensen waardig mogen leven, waar elk zijn naam in vrede mag dragen. En waar ze dat niet zijn, worden wij opgevorderd door ons handelen er werk van te maken.

We hebben niet verder gezapt, maar zijn bij het gesprek gebleven. We kunnen nu de TV uitzetten en samen aan tafel gaan.

 

Preek van de week

Inschrijving

Indien u iedere week een voorstel van preektekst van een dominicaan of een lekendominicaan wilt ontvangen, vragen wij u om uw inschrijving te bevestigen door te klikken op de link. Wij danken u bij voorbaat voor uw interesse in ons initiatief.

Onze preken

  • Paaszondag

    Paaszondag

    Pasen is hét hoogfeest van het christendom. Jezus van Nazareth is niet in de dood gebleven. Hij is opgewekt ten Read More
  • Paaswake

    Paaswake

    Deze avond is een avond waarop je staat voor een grote keuze. Op het moment dat we overgaan van dood Read More
  • Witte Donderdag

    Witte Donderdag

    De lezingen van vandaag plaatsen ons samenzijn in een continuïteit van bijzondere orde. Drie verhalen en vertrouwde gebaren ballen verleden Read More
  • 1
  • 2